De Heilige Wet van Eén
Christos Vincit Christos Regnat Christos Imperat
Maria Berdina Johanna
AHB
Handelen met CQV voorkennis
Aan de niet- erfrechtigde buitenstaander exploitanten handelend met Cestui Que Vie Live Life Competence (CQV LLC) voorkennis
Aan de niet– erfgerechtigde buitenstaander Derden partijen de commerciële en/of institutionele Trusted Third Parties, die door Cestui Que Vie ( geboortedata) handel met voorkennis, racketeering (afpersing), dwang, onteigening en overige bedrijfsmatige en/of politiek georganiseerde strafbare feiten en/of industriële belangenverstrengeling ten gevolge van de Cestui Que Vie Dead at Sea (DAS) presumptie en/of overeenkomstig en/of vergelijkbaar met de definiëring van de R.I.C.O. Act Law. Die al eeuwen lang de levende eerstgeboren Enige Erfgenaam en al zijn/haar nakomelingen en toekomstige nakomelingen, in gepremediteerde schuld slavernij gevangen houden.
Handel met voorkennis is strafbaar.
Rechtstatelijk is het schokkend te noemen, dat de hoogste instantie: de Hoge Raad der Nederlanden, uitsluitend het gezagsgebied van recht mét Cestui Que Vie (geboortedata) handel met voorkennis beslaat, waardoor de "Grondwet zo dood is als een pier".
Handel met voorkennis veroorzaakt kromspraak, manipulatie, dwang, onverschuldigde betalingen en schuld en schade creaties voor rekening en ten koste van de inwoners van het grondgebied Enige Erfgenamen.
Geachte Heer/Mevrouw,
1 Allereerst geef ik u te kennen dat ik mijzelf uitsluitend mondeling en/of schriftelijk in
common English (Rules of Equity) in de Nederlandse taal communiceer zonder bedrog, dialect en/of
misleidingen.
2 Ik ben de bewoner van het niet politieke grondgebied, de levende per stirpes eerstgeboren Enige Erfgenaam, Chief General Executor van mijn individuele geboorte Trust nalatenschap. Beneficiair in Trust.
En ik ben in geen geval de overleden Placenta erflater Persona (“dode” legale entiteit) Ik ben niet gehouden tot het verrichten van vooruitbetalingen en/of het
voldoen van of aan (dwang)vorderingen van niet – erfgerechtigde buitenstaander derden partijen van het
politieke commerciële rijksgebied.
3 De Enige Erfgenaam is de verplichte geboorte geregistreerde inwoner van het grondgebied. Ik heb mijn individuele geboorte Trust nalatenschap Cestui Que Vie Beneficiair (onder voorbehoud) aanvaard onder voorrecht van [achternaam] boedel beschrijving Beneficiair. De Trustbelastingdienst en Ministerie van Financiën heb ik mijn Verklaring Beneficiaire Aanvaarding doen toe komen.
4 Ik ben de beredderaar van mijn boedel [achternaam] Erflater Placenta. Ik ben als de Enige per Stirpes
Erfgenaam Beneficiair in Trust Chief General Executor de enige bevoegde om de waarden van de boedel, roerende en onroerende zaken, alsmede levende have, kinderen en toekomstige kinderen, en land, lucht en water en de onrechtmatigheid van (dwang)vorderingen vast te stellen.
5 De vaststelling van de onrechtmatigheid van uw (dwang)vordering blijkt uit, dat u in uw
(dwang)vordering mijn overleden placenta Erflater (“dode” legale entiteit) beschrijft. Beschreven in HOOFDLETTERS (DOG LATIN) INITIALEN ACHTERNAAM of notatie varianten hiervan. Deze schrijfwijzen zijn herleidbaar naar mijn individuele geboorte trust nalatenschap van mijn overleden Erflater placenta.
6 U daarentegen mag dat namelijk niet. U bent de politieke commerciële niet- erfgerechtigde
buitenstaander derde partij van het politieke commerciële rijksgebied van de privacy beschermde
geboorte gegevens van mijn placenta natuurlijke persona uit de burgerlijke stand, herleidbaar naar
mijn individuele geboorte trust.
7 U bent de politieke commerciële niet- erfgerechtigde buitenstaander derde partij van het politieke
commerciële rijksgebied en u heeft geen bevoegdheid en/of jurisdictie in het niet-politieke
grondgebied van de Enige Erfgenaam Beneficiair in Trust.
8 Bovenstaande tekst is fysiek mondeling voorgelezen door de inwoner van het niet politieke
grondgebied Enige Erfgenaam Beneficiair in Trust en verifieerbaar geplaatst in het
openbare publieke domein genaamd “het internet” (https://trust-cooperatie-van-het-huis-maria-berdina-johanna.nl)
door de Enige Erfgenaam Adultus Honoratus Beneficiair in Trust gegeven namen.
De Levende Enige Erfgenaam Beneficiair in Trust gegeven namen AHB, CQV LLC Chief General Executeur is uitdrukkelijk niet; de overleden placenta -Erflater, PERSOON (placenta natuurlijke persona) [ACHTERNAAM]
Het niet-Politieke Grondgebied definieert de Superieure Goddelijke, natuurlijke, cognitieve en
positieve wetten: De Wetten van het Land (Law of the Land); De wet van één ( Law of One Law).
Gevestigd op Pactum De Singularis Caelum voor de Sui Juris Enige Erfgenaam Adultus Honoratus
Beneficiair, levend biologisch organisch individu, Non Public.
Het Politieke Rijksgebied definieert de Inferieure Romeinse wetten: De Wetten van het water
(zeerecht) (Law of the sea); Maritieme Wetten (Maritime Law); Admiraliteit Wetten (Admiralty Law), Schijn van Wettelijke Recht (Color of Law) (IN SEA DEAD, DEAD AT SEA, INSEAD, DAS). Gebaseerd op de twaalf (12) presumpties (vermoedens) van het Romeinse hof roman court) voor de dode legale fuctie PERSOON (natuurlijke persona).
Het niet Politieke Grondgebied definieert de Superieure Goddelijke, natuurlijke, cognitieve en positieve wetten:
De Wetten van het Land (Law of the Land);
De wet van één ( Law of One Law).
Gevestigd op Pactum De Singularis Caelum voor de Sui Juris Enige Erfgenaam Adultus Honoratus Beneficiair,
levend biologisch organisch individu, Non Public.
Het Politieke Rijksgebied definieert de Inferieure Romeinse wetten:
De Wetten van het water (zeerecht) (Law of the sea);
Maritieme Wetten (Maritime Law);
Admiraliteit Wetten (Admiralty Law);
Schijn van Wettelijk Recht (Color of Law) (IN SEA DEAD, DEAD AT SEA, INSEAD, DAS).
Gebaseerd op twaalf (12) vermoedens van het Romeinse hof (roman court) voor de dode legale fictie
PERSOON (placenta natuurlijke persona).
Europese Verordening marktmisbruik voorheen Wet Financieel Toezicht,
Wet betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten ( NL) 5:56
Artikel 14 en 15 van de Verordening Marktmisbruik (Verordening (EU) Nr. 596/2014) zijn cruciaal voor het handhaven van de integriteit van de financiële markten in de Europese Unie: Link naar Jurisprudentie
Artikel 14 - Verbod op marktmisbruik
Artikel 14 stelt een algemeen verbod op marktmisbruik. Dit omvat onder andere:
Handelen met voorkennis: Dit verbiedt personen die over voorwetenschap beschikken om financiële instrumenten te kopen of verkopen waarvoor die informatie relevant is. Onrechtmatige openbaarmaking van voorwetenschap: Het is verboden om voorwetenschap aan anderen door te geven buiten de normale uitoefening van werk, beroep of functie. Marktmanipulatie: Dit omvat elke handeling of poging tot het beïnvloeden van de marktprijzen of marktvoorwaarden door middel van misleidende of valse informatie of transacties.
Artikel 15 - Verbod op marktmanipulatie
Artikel 15 gaat specifiek in op het verbod op marktmanipulatie. Marktmanipulatie kan verschillende vormen aannemen, zoals:
Het geven van valse of misleidende signalen over het aanbod, de vraag of de prijs van financiële instrumenten. Het handelen in financiële instrumenten om een prijs te waarborgen die kunstmatig wordt beïnvloed. Het gebruik van bedrieglijke middelen die een misleidend beeld geven van de vraag, aanbod of prijs van financiële instrumenten.
Artikel 225 Sr - Valsheid in geschriften
Lid 1: "Hij die een geschrift dat bestemd is om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk opmaakt of vervalst, met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie."
Lid 2: "Met dezelfde straf wordt gestraft hij die opzettelijk gebruik maakt van het valse of vervalste geschrift als ware het echt en onvervalst dan wel opzettelijk zodanig geschrift aflevert of voorhanden heeft, terwijl hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat dit geschrift bestemd is voor zodanig gebruik."
Lid 3: "Indien een feit, omschreven in het eerste of tweede lid, wordt gepleegd met het oogmerk om een terroristisch misdrijf voor te bereiden of gemakkelijk te maken, wordt de op het feit gestelde gevangenisstraf met een derde verhoogd"
Artikel 226 Sr - Vervalsing van speciale certificaten en akten
Artikel 226: "Hij die een geschrift, waaraan krachtens de wet enig bewijs van enig feit toekomt, valselijk opmaakt of vervalst met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zeven jaren of geldboete van de vijfde categorie" Deze artikelen vallen onder het Nederlandse Wetboek van Strafrecht en hebben betrekking op het vervalsen of valselijk opmaken van documenten die bedoeld zijn als bewijs van enig feit, evenals het gebruik of voorhanden hebben van dergelijke valse documenten.
Artikel 227 Sr - Valse opgave in authentieke akte
Lid 1: "Hij die in een authentieke akte een valse opgave doet opnemen aangaande een feit van welks waarheid de akte moet doen blijken, met het oogmerk om die akte te gebruiken of door anderen te doen gebruiken als ware zijn opgave in overeenstemming met de waarheid, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie."
Lid 2: "Met dezelfde straf wordt gestraft hij die opzettelijk gebruik maakt van de akte als ware de inhoud in overeenstemming met de waarheid dan wel opzettelijk de akte aflevert of voorhanden heeft, terwijl hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat die akte bestemd is voor zodanig gebruik."
Artikel 336 Sr - Wetboek van Strafrecht
"De koopman, de bestuurder, beherende vennoot of commissaris van een rechtspersoon of vennootschap, die opzettelijk een onware staat of een onware balans, winst- en verliesrekening, staat van baten en lasten of toelichting op een van die stukken openbaar maakt of zodanige openbaarmaking opzettelijk toestaat, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vijfde categorie."
Artikel 273f Sr - Wetboek van Strafrecht
Artikel 273f behandelt mensenhandel en omvat diverse gedragingen die als strafbaar worden beschouwd. De belangrijkste bepalingen zijn:
Mensenhandel: Dit omvat onder andere het werven, vervoeren, overbrengen, huisvesten of opnemen van personen met als doel uitbuiting, door middel van dwang, geweld, misleiding of misbruik van een kwetsbare positie.
Strafmaat:
Tot 12 jaar gevangenisstraf of geldboete van de vijfde categorie voor basisdelicten.
Tot 15 jaar voor misdrijven gepleegd door meerdere personen of tegen minderjarigen.
Tot 18 jaar als het misdrijf zwaar lichamelijk letsel of levensgevaar veroorzaakt.
Levenslange gevangenisstraf of tot 30 jaar als het misdrijf de dood tot gevolg heeft.
Artikel 251 Sr - Wetboek van Strafrecht
Artikel 251 Sr:
Hij die opzettelijk:
Bij het sluiten van een huwelijk of geregistreerd partnerschap met een ander in het geheim een huwelijk of geregistreerd partnerschap sluit of reeds gehuwd is zonder dit de ander te melden, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vijfde categorie; een door hem of door een ander in het openbaar ingeschreven huwelijk of geregistreerd partnerschap in het geheim ontbindt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
“Het handelen met voorkennis is verboden gesteld met de Wet op het financieel toezicht (Wft) (Wet betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten). Het maakt daarbij niet uit of het voor u tot voordeel of verlies heeft geleid.”
Voorkennis dat een maker/rechthebbende wegens niet-transgender zijn, zich in de (EGI transgender extremistische) rechtstaat, niet kan verdedigen tegen schendingen van zijn/haar aanmerkelijke belangen. Voorkennis wordt misbruikt wanneer men handelt met voorkennis, iemand anders aanraadt om te handelen met voorwetenschap en de voorkennis wederrechtelijk meedeelt. Wederrechtelijke mededeling is aansporing tot handel met voor kennis op grond van discriminatie en apartheid door middel van denigrerende bejegening en actieve schadeberokkening van een (niet-transgender) direct betrokkene in een zaak.
De her implementatie van Europees strafrecht verwijst naar het proces waarbij een land zijn nationale wetgeving aanpast om te voldoen aan de vereisten en richtlijnen van het Europees strafrecht. Dit omvat vaak het integreren van Europese wetgeving en jurisprudentie in de nationale wetgeving van een lidstaat van de Europese Unie.
De Europese Unie heeft verschillende instrumenten en maatregelen aangenomen om de samenwerking op het gebied van strafrecht tussen lidstaten te bevorderen, zoals richtlijnen, verordeningen en besluiten. Lidstaten moeten ervoor zorgen dat hun nationale wetgeving in overeenstemming is met deze Europese regels om de effectieve uitvoering van het Europese strafrecht te waarborgen en om de rechten van individuen te beschermen binnen het kader van de EU-wetgeving.
Her implementatie omvat typisch het volgende:
Omzetting van Europese richtlijnen: Lidstaten moeten Europese richtlijnen omzetten in nationale wetgeving. Dit betekent dat ze de inhoud van de richtlijnen in hun nationale wetgeving moeten opnemen, zodat deze rechtstreeks van toepassing is op individuen en entiteiten binnen hun rechtsgebied.
Harmonisatie van wetgeving:
Lidstaten moeten ervoor zorgen dat hun nationale wetgeving niet in strijd is met de Europese wetgeving en dat deze compatibel is met de vereisten van de Europese regels. Dit kan vereisen dat ze bestaande wetgeving herzien of nieuwe wetgeving aannemen om aan deze vereisten te voldoen.
Versterking van samenwerking: Her implementatie van Europees strafrecht omvat vaak maatregelen om de samenwerking tussen rechtshandhavingsinstanties en justitiële autoriteiten van verschillende lidstaten te verbeteren, zoals het delen van informatie, het vergemakkelijken van uitlevering en het harmoniseren van procedures voor strafrechtelijke vervolging.
Over het algemeen is het doel van her implementatie van Europees strafrecht om een gemeenschappelijk kader voor strafrechtelijke samenwerking en handhaving binnen de Europese Unie te bevorderen, waardoor de bescherming van de rechten van individuen wordt verbeterd en de bestrijding van grensoverschrijdende criminaliteit wordt versterkt.
Bronvermeldingen: